NOM meet advertentiebereik
In oktober werd in Nice het tweejaarlijkse ‘Print and
Digital Research Forum’ gehouden. Op dit prestigieuze onderzoekscongres
presenteerden Irena Petric en Alke Bassler het NOM onderzoek naar het bereik
van advertentiepagina’s in dagbladen en tijdschriften. Ze sleepten er een
nominatie voor het beste onderzoekspaper mee in de wacht.
Het onderzoek en het bijbehorende model maken het mogelijk
om een stap verder te gaan dan ‘bereik per gemiddeld nummer’ en te kijken naar
het bereik van een specifieke advertentiepagina. Daarmee komt printplanning
eindelijk op het meetniveau van TV, online en buitenreclame. Onmisbaar, maar we
moeten er nog wel even op wachten, helaas.
Afzonderlijk onderzoek
naar bereik advertentiepagina’s
In het onderzoek is voor 13 tijdschriften en 5 dagbladen het
bereik van de advertentiepagina’s vastgesteld. Van elke titel werden 3 nummers
onderzocht, en per nummer werden weer 5 advertenties geselecteerd. Al met al resulteerde
dat in 8.226 afzonderlijke onderzoekjes en 38.166 ‘cases’ (gemeten
advertentiepagina’s).
De respondenten kwamen uit het GfK online access panel en
hadden eerder meegedaan aan het reguliere NOM onderzoek. Ze moesten het laatste
verschenen nummer van het dagblad of tijdschrift dat aan ze werd voorgelegd
hebben gelezen of ingezien. Er werden extra vragen gesteld over leesgedrag en
over hun interesse in de geadverteerde productcategorie. Tenslotte kregen ze de
‘spread’ met de advertentiepagina voorgelegd en moesten ze aangeven of ze deze
bij het lezen van het betreffende nummer hadden bekeken.
Modellen van
advertentiepaginabereik
Op basis van het onderzoek zijn modellen gemaakt om de kans
te bepalen dat iemand een advertentiepagina in een krant of tijdschrift onder
ogen krijgt. In het model zijn drie soorten variabelen gebruikt om de kans op
contact met een advertentiepagina te voorspellen: kenmerken van de lezer,
kenmerken van de titel en kenmerken van de advertentie zelf.
Het uiteindelijke model voor dagbladen bevat 11
voorspellende variabelen. Daaruit leren we onder meer dat: hoe meer een lezer
normaal gesproken van de krant bekijkt, des te hoger de advertentietrefkans.
Maar ook dat het loont om naast redactionele inhoud te staan, dat het eerste katern
beter scoort, dat belangstelling voor de geadverteerde productcategorie ook
leidt tot een hogere advertentietrefkans en dat retailers het in de krant
bovengemiddeld goed doen. Voor tijdschriften bevat het model 15 variabelen, die
voor een belangrijk deel overeenkomen met die in het dagbladmodel. Bij
tijdschriften trekt mode als productcategorie relatief veel
advertentieaandacht, loont het om op de achterpagina te staan, en zijn de
‘boodschappers’ niet per definitie het beste advertentiepubliek.
Interessant is dat er veel variatie is in advertentiebereik,
bijvoorbeeld voor verschillende productcategorieën, zodat het de moeite waard
is om daar met het plannen van campagnes rekening mee te houden. Hierboven een
illustratie van de variatie in advertentiebereik per productcategorie.
Plannen op
advertentiebereik
Het veldwerk voor het onderzoek vond plaats van mei tot
augustus 2012. De modellen zijn uitgebreid getest en gevalideerd en hebben
uiteindelijk het stempel van goedkeuring van de Technische Commissie van het
NOM gekregen. De makers van de planningssoftware bekijken op dit moment hoe de
modellen ingebouwd kunnen worden in hun systemen. Volgend jaar zou het zover
moeten zijn. Maar het NOM geeft aan dat het niet de bedoeling is dat advertentiepaginabereik
gaat fungeren als de nieuwe ‘currency’ voor print. Een stap die de Noorse
dagbladuitgevers een paar jaar geleden wel durfden zetten. Volgens NOM is het
paginabereiksonderzoek qua omvang en vanwege het eenmalige karakter niet van
het kwaliteitsniveau van de cijfers die we kennen. We blijven dus zitten met
‘bereik per gemiddeld nummer’.
Eeuwig zonde. Mediabureaus kunnen dankzij het paginabereik
hun planningskwaliteiten etaleren, adverteerders krijgen uiteindelijk meer waar
voor hun geld en de exploitanten kunnen nu eindelijk laten zien wat hun
uitgaven waard zijn in verhouding tot andere mediumtypen. Dat vraagt wel dat
iedere partij zijn verantwoordelijkheid neemt. Paginabereik moet niet worden
gebruikt om elkaar de duimschroeven aan te draaien maar om het optimale
resultaat te behalen met een mooi klassiek medium.
Petric, Irena, A. Bassler en K. Gopal, Opportunity to see
advertising (OTSA) in newspapers and magazines. Paper gepresenteerd op het
Print and Digital Research Forum, Nice, 2013.
Labels: advertentiebereik, bereiksonderzoek, NOM, onderzoek, paginabereik, PDRF